Onze website gebruikt cookies om je surfervaring te verbeteren. Om deze website optimaal te gebruiken vragen we je om akkoord te gaan met ons gebruik van cookies.

Ik ga akkoord liever niet.
Reeks

50 jaar HLN | 1. Een populair en commercieel succesverhaal

In juni 1938 bestaat de liberale krant Het Laatste Nieuws al vijftig jaar. Tijdens die halve eeuw is de titel uitgegroeid tot het populairste Nederlandstalige dagblad in België, met een oplage, middelen en infrastructuur waarvan de concurrerende kranten enkel kunnen dromen.

Sébastien Baudart
27 februari 2025

Portret van Julius Hoste sr. door Jacques Ochs op de cover van Pourquoi Pas?, 11 april 1912. 

1888

Het is 7 juni 1888 als enkele Brusselse Vlaamsgezinde liberalen, enkele dagen voor de parlementsverkiezingen, hun nieuwe versie van Het Laatste Nieuws lanceren, een titel die ze overnemen van een eerder initiatief uit 1887. Een van de mannen achter de nieuwe krant is de veertigjarige Brusselaar Julius Hoste sr., als kind uit het West-Vlaamse Tielt verhuisd naar Brussel, en sinds 1869 actief als uitgever-journalist van het liberale weekblad De Zweep. Maar hij is niet vast te pinnen op één activiteit: naast zijn werk als uitgever is Hoste ook nog afdelingshoofd bij een textielfabrikant, politiek actief bij de liberalen, theaterauteur (van onder andere De Brusselse Straatzanger) en als cultuurflamingant nauw vervlochten met het (liberale) Vlaams-Brusselse cultuur- en verenigingsleven.1

Het Laatste Nieuws van 1 april 1893.

De nieuwe krant moet Vlaams, liberaal en vrijzinnig worden. En ook volks, inspelend op de democratisering van de samenleving en op de toenemende alfabetisering, emancipatie en levensstandaard van de werkende klasse. De Brusselse Nederlandstalige middenklasse en geschoolde arbeiders vormen het eerste doelpubliek. Factoren als de technische vernieuwingen, de groeiende advertentiemarkt en de dalende papierprijs van het eind van de negentiende eeuw, helpen om de verkoopprijs van Het Laatste Nieuws - net als die van andere kranten - beperkt te houden en op die manier een zo groot mogelijk publiek te bereiken.

Het Laatste Nieuws van 8 december 1910.

Groei van een populaire krant

Al na enkele weken krijgt Julius Hoste de leiding van Het Laatste Nieuws volledig in handen. Als journalist en uitgever maakt hij er na een moeilijke start een succes van, onder andere dankzij de publicatie van feuilletons en populaire fait-diversrubrieken. Het oorspronkelijke Brusselse doelpubliek breidt hij uit naar ‘geheel Vlaamsch België’2, met inbegrip van de Vlaamssprekenden die in de Waalse provincies en zelfs in Noord-Frankrijk3 gevestigd zijn. In 1894 haalt de krant al een oplage van 40.000 exemplaren, tegen het begin 1908 zijn er dat ongeveer 68.000, aan de vooravond van de Eerste Wereldoorlog 75.000. Zo is Het Laatste Nieuws dan al een van de bestverkochte Belgische kranten.

Commercieel en ideologisch gaat Het Laatste Nieuws de strijd aan met de in 1885 opgerichte en eveneens in Brussel uitgegeven katholieke krant Het Nieuws van den Dag van Jan Huyghe, die op hetzelfde volkse en Vlaamse lezerspubliek mikt. Om zijn publiek te blijven uitbreiden, publiceert Hoste tussen 1893 en 19064 het weekblad La Feuille Illustrée, een Franstalige tegenhanger van De Zweep, en vanaf 1900 naast Het Laatste Nieuws een tweede, meer elitaire, krant, De Vlaamsche Gazet van Brussel, gericht op de Vlaamse intellectuele klasse. Deze Vlaamsche Gazet, waarvan zijn zoon Julius Hoste jr. in 1908 hoofdredacteur wordt, komt echter, door haar veel lagere oplage5, op commercieel vlak nooit echt van de grond.

De Eerste Wereldoorlog betekent voor de beide Hoste-kranten een publicatiestop.6 De Vlaamsche Gazet overleeft de onderbreking niet, maar Het Laatste Nieuws zet na de oorlog zijn opmars voort, ondertussen met Julius Hoste jr. als hoofdredacteur. Na de stopzetting van De Vlaamsche Gazet willen de Hostes Het Laatste Nieuws veelzijdiger maken om op die manier een nog groter publiek aan te spreken. Net als bij veel andere kranten helpt de in 1914 ingevoerde leerplicht tot 12 jaar en de stijging van de koopkracht daarbij. De oplage7 van Het Laatste Nieuws, die bij de heropstart in november 1918 was teruggevallen tot slechts 40.000 exemplaren, groeit de volgende maand al opnieuw tot 50.000, om in 1919 een gemiddelde van 65.000 te halen. In 1924 overschrijdt de krant de symbolische 100.000 dagelijkse exemplaren, en reeds in 1932 rondt ze de kaap van de 200.000.

Hoewel Hoste sr. zijn levenswerk niet loslaat en in een eerste fase directeur blijft, neemt zijn zoon na de oorlog geleidelijk meer en meer taken over, meer dan ze naar de buitenwereld laten uitschijnen. Eind jaren twintig wordt Hoste jr. codirecteur, en wanneer Vader Hoste op 28 maart 1933 op 85-jarige leeftijd overlijdt, komt de leiding van de krant volledig in handen van zijn 48-jarige zoon.

Advertentie voor Het Laatste Nieuws in het Willemsfondstijdschrift Groei van 2 oktober 1935, p. 20.

Samen met Marcel Stijns - vanaf 1936 feitelijk hoofdredacteur - en de rest van zijn ploeg bouwt Hoste jr. tijdens de jaren ’30 verder aan de succesformule van Het Laatste Nieuws: een algemene informatiekrant voor het grote publiek, met een aantrekkelijke opmaak, een deels sensationele stijl en veel aandacht voor onder andere sport, lokale berichtgeving en feuilletons. Haar publiek haalt de krant op dat moment vooral bij de stedelijke kleine burgerij, de landelijke bevolking en een deel van de arbeidersklasse. En hoewel ze wordt samengesteld vanuit een filosofisch liberale blik op België en de wereld, en de band tussen de krant en de liberale zuil vrij groot is, wordt ze door collega’s vooral gezien als een ‘grand journal flamand d’information’8. Het draagt er allemaal toe bij dat Het Laatste Nieuws heel wat publiek weet aan te trekken dat niet noodzakelijk liberaal stemt.

Volgens gegevens uit 19349 vindt de krant in het Vlaamse landsgedeelte haar grootste afzet voornamelijk in (Vlaams-)Brabant, zowel in absolute cijfers (70.849 exemplaren) als in verhouding tot het aantal huishoudens (een bereik van 1 op 3,8). Ook Oost-Vlaanderen is een belangrijke afzetmarkt (65.774 exemplaren, 1 huishouden op 4,7), gevolgd door Antwerpen (50.630, 1 op 6,4) en West-Vlaanderen (35.132, 1 op 6,6). In Limburg ligt de verspreiding van Het Laatste Nieuws een pak lager met 8.274 exemplaren, goed voor 1 op 9,7 huishoudens. Daarnaast realiseert Het Laatste Nieuws tijdens deze periode ook een beperkte, maar niet te verwaarlozen, verkoop in de Waalse provincies: cijfers voor 194010 tonen in Wallonië een verkoop van 4,11 % van de oplage.

De Mechelse verkopers van Het Laatste Nieuws brengen een bezoek aan de gebouwen van de krant op de Brusselse Emile Jacqmainlaan (Het Laatste Nieuws, 5 augustus 1939, p. 5.).

In 1939 haalt Het Laatste Nieuws, dat 364 dagen11 per jaar verschijnt, een gemiddelde dagelijkse oplage van 285.55712 exemplaren. Als men voor het twintigtal titels van de Nederlandstalige Belgische pers uitgaat van een gezamenlijke oplage van 800.00013 exemplaren, is Het Laatste Nieuws op zichzelf goed voor 36 % hiervan. De krant bevestigt daarmee haar status als meest verspreide Nederlandstalige dagblad in België. Zowel door haar uitzonderlijke oplage als door haar inhoudelijk profiel, wordt de krant aan Franstalige kant weleens gezien als de Nederlandstalige tegenhanger van de neutrale, niet-zuilgebonden, Brusselse krant Le Soir. Die krant is trouwens de enige Belgische krant die met een oplage van 300.000 exemplaren de verspreiding van Het Laatste Nieuws overschrijdt.

Het Laatste Nieuws van 5 januari 1935. Afb. 55

Commercieel succes, technische vernieuwingen

De oplagestijging die Het Laatste Nieuws tussen 1919 tot 1939 doormaakt, kan gerust gigantisch genoemd worden. De evolutie van gemiddeld 65.000 dagelijkse exemplaren in 1919 naar 285.55714 in 1939 betekent immers een stijging van 340 %. De omzet van het bedrijf stijgt tussen 1924 en 1939 van 4.762.647,62 naar 32.671.627,93 Belgische frank, een stijging met 586 %, die deels te wijten is aan de oplagestijging en deels aan de inflatie (de prijs van de krant evolueert tijdens deze periode van 15 naar 40 centiemen). Ondanks deze groei blijft het bedrijf, dat als eenmanszaak onder de naam ‘Julius Peter Hoste, uitgeverij en drukkerij’ in het Handelsregister opgenomen is, nog steeds volledig persoonlijke eigendom van Julius Hoste jr.15

Reclame- en advertentiepagina uit Het Laatste Nieuws van 30 december 1938, p. 16.

Het is de verkoop die het grootste deel van de omzet genereert (gemiddeld 82,34 %), de advertentie-inkomsten dekken de rest en laten toe de krant vrij goedkoop - onder de eigenlijke kostprijs16 - aan het publiek aan te bieden. Andere inkomsten zijn er niet. Zoals een artikel over de papiermarkt en de prijs van de krant, in mei 1937 meedeelt aan de lezers, kunnen ‘bladen, die onafhankelijk zijn […] geen andere inkomsten hebben dan de geldmiddelen, die voortkomen van den verkoop en van duidelijk zichtbare publiciteit.’17

Deze advertentie-inkomsten schommelen over de jaren heen tussen 12,98 % tot 21 %, met een gemiddelde van 17,66 %. Het Laatste Nieuws begrijpt zeer goed dat de verspreiding van de krant en de advertentie-inkomsten nauw met elkaar verbonden zijn: om potentiële adverteerders te overtuigen van het bereik van de krant, laat de bedrijfsleiding vanaf 1924 elk jaar de gemiddelde dagelijks oplage vaststellen door experten-boekhouders. Over die resultaten wordt niet alleen uitgebreid in de krant gecommuniceerd, ze worden zelfs op het briefpapier van de krant uitgespeeld.

Het personeel van Het Laatste Nieuws aan de vooravond van de Tweede Wereldoorlog.

Aan het uitgeven van een krant op een dergelijke oplage zijn uiteraard ook heel wat kosten verbonden. De grootste kostenpost is het personeel: aan de vooravond van de Tweede Wereldoorlog heeft Het Laatste Nieuws ongeveer driehonderd personeelsleden18 in dienst voor het bemannen van de redactie, de administratieve diensten, de zetterij, de drukkerij, de distributiediensten, enz. Tijdens de periode januari-mei 1940 geeft Het Laatste Nieuws bijna 2,5 miljoen Belgische frank uit aan lonen, goed voor 27 % van de omzet van deze periode. Verder zijn de grondstoffen (vooral het papier, maar bijvoorbeeld ook inkt, lood voor het zetwerk en divers inpakmateriaal voor de verzending) en de (afschrijvingen van) investeringen zware kostenposten. Tijdens de tweede helft van de jaren dertig boekt het bedrijf ondanks alle kosten en afschrijvingen winsten van 2.149.079,74 (1935), 479.436,82 (1936), 1.132.038,19 (1937), 292.280,81 (1938) en 1.611.354,95 (1939) Belgische frank.

Het gebouwencomplex van Het Laatste Nieuws tussen de Emile Jacqmainlaan en de Sint-Pieterstraat. Naar een tekening uit januari 1941.

Doorheen het interbellum zorgen deze stijgende oplage en omzet voor de technische verplichting én de financiële mogelijkheden om de installaties van de krant periodiek te verbeteren en uit te breiden. Net als de meeste andere Belgische kranten19 drukt Het Laatste Nieuws haar kranten immers zelf. In juni 1925 verhuist de hoofdzetel20 van de Sint-Pieterstraat naar de daarmee parallel lopende Emile Jacqmainlaan. De gebouwen aan weerskanten van het huizenblok zijn onderling met elkaar verbonden en krijgen elk hun eigen functie: aan de kant van de Jacqmainlaan (nummers 105-109 en 119) de redactie en de administratieve diensten, in de Sint-Pieterstraat (nummers 28-46) de drukkerij.

De drie rotatiepersen van Het Laatste Nieuws in 1929, in Het Laatste Nieuws, 1 januari 1930, p. 1. 

Begin 1930 deelt de krant, die moeilijkheden kreeg om de steeds groeiende oplage af te werken, aan de lezers mee dat Het Laatste Nieuws sinds het voorbije jaar gedrukt wordt op drie rotatiepersen, die elk 20.000 exemplaren per uur kunnen afleveren. Het gaat om een moduleerbare machine, ‘de eerste van dien aard die in België in werking wordt gebracht’, waarop telkens nieuwe druk- en vouwonderdelen kunnen toegevoegd worden. En ook de lay-out moderniseert: vanaf 2 januari 1931 verschijnt de krant op zes kolommen in plaats van vijf. In de loop van hetzelfde jaar neemt Het Laatste Nieuws op de zetterij als eerste Belgische krant ‘de eerste Amerikaanse machine tot het zetten van titels’ in dienst.

‘De St-Pieterstraat zooals zij na de verbouwing van Het Laatste Nieuws er uit ziet’, in Het Laatste Nieuws van 1 januari 1934, p. 1.

1933 brengt een nieuwe rotatiepers, die 34.000 kranten per uur drukt, een nieuwe snelwerkende clicheermachine (‘voor het gieten […] van de bladzijden in lood, zooals deze op de cylinders van de rotatie-machines worden geplaatst’), vernieuwde elektriciteit, een dieselmotor om pannes op het stroomnet op te vangen en een nieuw, veel groter, achtergebouw aan de Sint-Pieterstraat. In 1935 zet Het Laatste Nieuws een vierde rotatiepers in, zodat alle persen samen per uur 90.000 kranten van 20 pagina’s kunnen produceren. De operationele waarde van het machinepark benadert in 1940 7,5 miljoen Belgische frank.

En ook in 1937 breiden de gebouwen weer uit. Uiteindelijk investeert het bedrijf in de loop van de jaren 1930 meer dan 1,3 miljoen Belgische frank in verbouwingswerken. De waarde (op datum van 10 mei 1940) van het gebouwencomplex wordt in januari 1941 geschat tussen 3,3 en 4,85 miljoen.

Deze stevige infrastructuur en investeringen laten de krant op 1 januari 1937 toe om, naar aanleiding van de start van de vijftigste jaargang, trots te berichten dat Het Laatste Nieuws ‘thans een dagblad [is], dat over de meest moderne middelen beschikt om in woord en beeld een trouwe weerspiegeling te zijn van het heele wereldgebeuren.’

Dit artikel past in een reeks gewijd aan Het Laatste Nieuws net voor, tijdens en net na de Tweede Wereldoorlog. Bezit u archiefmateriaal van personen die in deze periode voor Het Laatste Nieuws werkten (bijvoorbeeld brieven, foto’s, dagboeken, memoires) of promotiemateriaal van de krant, en mag dat geraadpleegd worden voor historisch onderzoek? Neem graag contact op met sebastien.baudart@liberas.eu.

Bronnen, noten en/of referenties

1. Tenzij anders aangegeven, zijn de onderdelen over de familie Hoste en Het Laatste Nieuws gebaseerd op: Het Laatste Nieuws, 1935-1940; Jaarboeken van de Belgische Pers (Brussel: Algemene Belgische Persbond); Amsab-ISG, Archief Camille Huysmans, nr. 625/1472: Dossier inzake de toespraak op de academische zitting ter herdenking van vader en zoon Julius Hoste op 4 juni 1955 (teksten ter voorbereiding van de toespraak); ARA2, Archief Sekwester van Gruppe XII, Feind- und Judenvermögen (BE-A0545.462), nr. 3015: dossier Joris Van Acker/Het Laatste Nieuws; Letterenhuis, mappen Het Laatste Nieuws N3577; Liberas, Archief Jan Baptist Hereng (archief nr. 1847); Nele Bracke en Ruben Mantels, ‘Het Laatste Nieuws’, in: encyclopedievlaamsebeweging.be, geraadpleegd 24.4.2024; René Campé, Marthe Dumon en Jean-Jacques Jespers, Radioscopie de la presse belge (Verviers: André Gérard/Marabout, 1975) 191-215; Els De Bens, De Pers in België. Het verhaal van de Belgische dagbladpers. Gisteren, vandaag en morgen (Tielt: Lannoo, 2001); Machteld De Metsenaere en Nico Van Campenhout, ‘De Zweep’, in: encyclopedievlaamsebeweging.be, geraadpleegd 24.4.2024; Ellen Debackere, Ruben Mantels en Ineke Vander Vekens, Het Laatste Nieuws. Onze geschiedenis in 100 voorpagina's en 200 andere krantenartikelen (Deerlijk: Lannoo, 2023); ‘Een levenswerk. De figuur van oud-minister Hoste’, in: Neohumanisme, 6, nr. 2 (februari 1947): 2-5; Het Laatste Nieuws, ‘bijzondere uitgave nr. 24’, 29 april 1988; Marcel Stijns, Ontwikkeling en huidige toestand van de Vlaamse Dagbladpers (Brussel: Pershuis, 1956); Jos Laporte, ‘Onze kwartierstaat: Julius Hoste jr.’, in: Vlaamse Stam, 24, nr. 6 (juni 1988): 281-303; Albert Maertens, ‘100 jaar Het Laatste Nieuws’, in: De Vlaamse Gids, 72, nr. 88/1 (januari-februari 1988): 32-38; Luc Sieben, ‘De Vlaamsche Gazet (van Brussel)’, in: encyclopedievlaamsebeweging.be, geraadpleegd 24.4.2024; Luc Sieben en Bart D’hondt, ‘Hoste, Julius (sr.)’, in: encyclopedievlaamsebeweging.be, geraadpleegd 24.4.2024; Rik Van Cauwelaert, ‘Voor kleine burgers en mindere beambten’, in: Knack, 18, nr. 22 (1 juni 1988): 35-41; Romain Van Eenoo, ‘Julius Hoste en Het Laatste Nieuws’, in: Vader Hoste (Gent: Liberaal Archief, 1989) 113-121; Romain Van Eenoo, ‘Het Laatste Nieuws en de Vlaamse Beweging’, in: De Vlaamse Gids, 72, nr. 88/4 (juli-augustus 1988): 52-57; Harry Van Velthoven, Zwerver in niemandsland. Julius Hoste en zijn Londens oorlogsdagboek (Gent: Academia Press/Liberaal Archief, 2005); Ronny Verschueren, ‘Hoste, Julius Peter‘, in: Nationaal Biografisch Woordenboek 7 (Brussel: Paleis der Academiën, 1977) 390-397; ‘Vlaams, sociaal en ongebonden’, in: Het Laatste Nieuws, 7 juni 1988: 4.

2. Paul Fredericq, Schets eener geschiedenis der Vlaamsche Beweging (Gent: Vuylsteke-Hoste,1906-1909) II-290.

3. Fredericq vermeldt in zijn Schets eener geschiedenis der Vlaamsche Beweging (verschenen in 1908) een dagelijkse verkoop van 3.500 exemplaren in Luik, 2.800 in Charleroi, 2.900 in Rijsel en 1.500 in Roubaix. (Fredericq, Schets, II-292).

4. Op basis van catalogusgegevens van Belgische bibliotheken.

5. Fredericq vermeldt in zijn Schets eener geschiedenis der Vlaamsche Beweging 9.000 exemplaren voor 1908. (Fredericq, Schets, II-292).

6. Al verschijnen in Antwerpen en Gent wel lokale versies van Het Laatste Nieuws.

7. Voor alle oplagecijfers vanaf 1919: Nieuwjaarskranten Het Laatste Nieuws, 1923-1940 en ARA2, Archief Sekwester van Gruppe XII, Feind- und Judenvermögen (BE-A0545.462), nr. 3015: dossier Joris Van Acker/Het Laatste Nieuws: rapport van Joris Van Acker over de uitgeverij, 15 december 1940.

8. Georges-A. Détry, ‘La presse étrangère. En Belgique’, in: Le Temps, 6 september 1938: 6.

9. La Publicité. Journal technique des annonceurs, 33, nr. 325 (maart 1935): 198.

10. ARA2, Archief Sekwester van Gruppe XII, Feind- und Judenvermögen (BE-A0545.462), nr. 3015: dossier Joris Van Acker/Het Laatste Nieuws: Memorandum bezüglich der neuen Preis- und Distributionsregelung der Zeitungen door Joris Van Acker, 18.1.1941.

11. Enkel voor 1 en 2 januari verschijnt een gemeenschappelijke editie.

12. Waarvan 7,15 % onverkochte en 0,67 % 'gratis-, propaganda- en bewijsnummers', samen goed voor 22.330,56 exemplaren.

13. Zie Els De Bens, De Pers in België. Het verhaal van de Belgische dagbladpers. Gisteren, vandaag en morgen (Tielt: Lannoo, 2001) 37. De Bens stelde de schatting van 720.000 exemplaren van Fernand Baudhuin (in zijn Histoire économique de la Belgique 1914-1939 (Bruxelles: Bruylant, 1946)) naar boven bij aangezien deze laatste de oplage van enkele kranten te laag inschatte.

14. Van deze oplages zijn tussen 1924 en 1939 gemiddeld [het percentage fluctueert van jaar tot jaar, van 5,07 % (1927) tot 8,12 % (1938)] 6,43 % onverkochte en gratis verdeelde exemplaren, onder andere voor reclameacties en als bewijsnummers voor adverteerders.

15. Tenzij anders aangegeven, komen alle gegevens uit dit onderdeel uit: Nieuwjaarskranten Het Laatste Nieuws, 1923-1940; ARA2, Archief Sekwester van Gruppe XII, Feind- und Judenvermögen (BE-A0545.462), nr. 3015: dossier Joris Van Acker/Het Laatste Nieuws: diverse rapporten door Joris Van Acker, diverse data en expertiserapport van landmeter-expert Georges Van Horen, 23 januari 194; ARA2, Archief Dienst van het Sequester. Dossiers vijanden, nr. 361: Dossier “Enn. 577. Het Laatste Nieuws”: expertiserapport door accountant Edmond Guyot, mei 1949. Citaten, tenzij anders aangegeven: Nieuwjaarskranten Het Laatste Nieuws, 1929-1938.

16. Georges-A. Détry, ‘La presse étrangère. En Belgique’, in: Le Temps, 6 september 1938: 6.

17. Het Laatste Nieuws, ‘De verkoopprijs van de bladen. Het papiervraagstuk’, in: Het Laatste Nieuws, 26 mei 1937: 1.

18. Liberas, Archief Jan Baptist Hereng (archief nr. 1847), nr. 1: lijsten van het personeel van Het Laatste Nieuws.

19. Georges-A. Détry, ‘La presse étrangère. En Belgique’, in: Le Temps, 6 september 1938: 6.

20. Hoofdingen Het Laatste Nieuws, juni 1925.

Hoe verwijs je naar dit artikel?

Sébastien Baudart, "50 jaar HLN | 1. Een populair en commercieel succesverhaal", Liberas Stories, laatst gewijzigd 04/03/2025.
copy url

Colofon

Liberas Stories is een realisatie van cultuurarchief Liberas. Het werd ontwikkeld door Josworld en Webdoos naar een concept van Ruben Mantels. Aan de hand van een ‘Atlas’ en een ‘Magazine’ vertelt Liberas Stories de geschiedenis van het liberalisme en worden de collecties van Liberas gepresenteerd. Deze website werd gelanceerd in juni 2021 en is sindsdien verder uitgebouwd.

De inhoud van dit portaal is bestemd voor Liberas’ erfgoedgemeenschap, maar ook voor studenten, onderzoekers en journalisten en voor iedereen die ons erfgoed wil ontdekken. Het is geen catalogus van onze collectie: die vind je op liberas.eu.

Liberas heeft geprobeerd alle rechthebbenden op beeldmateriaal te contacteren. Personen of organisaties die zich alsnog in hun rechten voelen geschaad nemen contact op met Liberas vzw, Kramersplein 23, 9000 Gent.

Alle teksten op deze website mogen hergebruikt worden mits het overnemen van de auteurs- en bronvermelding. Alle opmerkingen met betrekking tot Liberas Stories - vragen, aanvullingen, correcties, suggesties voor nieuwe bijdragen - zijn welkom op info@liberas.eu. 

Volg ons op