Onze website gebruikt cookies om je surfervaring te verbeteren. Om deze website optimaal te gebruiken vragen we je om akkoord te gaan met ons gebruik van cookies.

Ik ga akkoord liever niet.
Voorgesteld

Armand Swartenbroeks. Van Rode Duivel tot blauwe burgemeester

Of hoe in Koekelberg koekjes en chocolade, liberalisme, Rode Duivels en burgemeesterschap nauw met elkaar verbonden geraken.

Kris De Beule
5 december 2023

Het liberalisme in Koekelberg kent een lange traditie. Dat is vooral de verdienste van de ondernemersfamilie Bossaert, zaakvoerders van de Manufacture des biscuits et desserts Victoria. De producenten van koekjes en chocolade van het merk Victoria bezitten op hun hoogtepunt fabrieken in Dordrecht, Boulogne-Billancourt en thuishaven Koekelberg. De familie levert ook drie liberale burgemeesters (Emile, Oscar en Paul). Tussen Oscar en Paul Bossaert in, draagt Armand Swartenbroeks (1892-1980) van 1956 tot en met 1970 de burgemeesterssjerp. Hij heeft er dan al een succesvolle carrière als Rode Duivel opzitten.

Een ketje wordt voetballer

Het kleine Koekelberg, een van de negentien gemeenten van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, ligt in de schaduw van de Nationale Basiliek van het Heilig Hart. Het gehucht maakt tot 1841 deel uit van Sint-Agatha-Berchem en wordt dan een zelfstandige gemeente. Een halve eeuw later (1892) wordt, iets verderop in Laken, Armand Swartenbroeks geboren als zoon van een kruidenier. Zijn ouders ruilen hun winkel in Laken voor een gloednieuw pand op de Jetselaan in Koekelberg. Daar leert winkelhulpje Armand als een echt ketje de beide landstalen. Tussendoor is er - à la Quick en Flupke - genoeg tijd voor ravotten en straatvoetbal.

Na zijn humaniora start hij een artsenopleiding aan de ULB. Voetballen doet hij intussen bij de universiteitsploeg en de fabrieksploeg van Victoria. Al snel wordt hij gespot door een scout van Daring Club de Bruxelles. Nauwelijks 19, maakt hij zijn debuut in het eerste elftal van deze Molenbeekse club met wie hij in 1912, 1914 en 1921 de landstitel viert. Hij blijft tot het einde van zijn voetbalcarrière (in 1930) voor Daring Club de Bruxelles spelen, een voorbeeld van clubliefde dat in voetbalmiddens nog steeds bekend is. Na diverse fusies leeft Daring tot vandaag verder als RWDM.

Front Wanderer en Rode Duivel

Nog voor de Eerste Wereldoorlog wordt de jonge verdediger geselecteerd voor de nationale ploeg. Op 20 april 1913 maakt hij zijn debuut en tot 1928 speelt hij 53 interlands. Hij is ook een tijdlang recordinternational, een titel die Bernard Voorhoof (in totaal 61 interlands) van hem wegkaapt. 

Tijdens de Eerste Wereldoorlog verzorgt Armand Swartenbroeks niet alleen Belgische gewonde militairen, maar is hij als voetballer een van de gangmakers van de Front Wanderers. Benefietmatchen in het onbezet stukje België en in Europa zorgen voor ontspanning en krikken het moreel van de troepen op. Met de opbrengst worden oorlogsslachtoffers geholpen. Maar het initiatief is vooral belangrijk omdat het voetbal razend populair maakt. Als twee jaar na de oorlog, in Antwerpen de zevende Olympische Spelen worden gehouden, vormen de Front Wanderers als het ware de basis van de Belgische nationale ploeg. Op 2 september 1920 verslaan de Rode Duivels het op papier veel sterkere Tsjechoslowakije met 2-0 en worden ze olympisch kampioen. Voetbal is vanaf nu ook dé Belgische volkssport nummer één.

De voorpagina van Pourquoi Pas? van 12 juni 1925.

Armand Swartenbroeks geniet intussen van een heldenstatus. De kapitein van de Rode Duivels is een Bekende Belg avant la lettre. Het is veelbetekenend dat hij in juni 1925 de cover van het Brusselse satirische tijdschrift Pourquoi Pas? haalt. Het blad spreekt vol lof over de leiderskwaliteiten van deze “Napoléon de l’equipe Belge” en voorspelt - toeval of niet? - met een kwinkslag ook een politieke carrière: ‘On cherche un premier ministre. Pourquoi ne prendrait-on pas Swartenbroeks? La politique, c’est aussi du sport. Mais il est vrai, un sport passablement déloyal.’1

Vriend en mentor Oscar Bossaert

Koekelberg kent nog meer voetbaltalent want ook Oscar Bossaert (1887-1956) speelt zowel bij Daring als bij de Rode Duivels. Hij en Armand Swartenbroeks zijn jeugdvrienden, ook al komen ze uit een andere sociale klasse. De Swartenbroeks zijn middenstanders, de Bossaerts bourgeois en industriëlen. Oscar Bossaert maakt vooral naam als bedrijfsleider van Victoria en burgemeester van Koekelberg (van 1927 tot 1956). Hij zetelt in de jaren ’40 en ’50 enkele malen als senator, en het hoogtepunt van zijn politieke loopbaan is zonder twijfel zijn benoeming tot minister van Middenstand in de paarse regering-Van Acker IV (1954-1958), tot aan zijn plotse dood in januari 1956.

In de schaduw van vriend en mentor Oscar Bossaert bouwt ook Armand Swartenbroeks vanaf de roaring twenties een politieke loopbaan uit binnen de Liberale Partij van Koekelberg, en bij uitbreiding van de hele Brusselse agglomeratie. Hij verovert een zitje in de provincieraad van de dan nog unitaire provincie Brabant. Bij elke provinciale verkiezing is hij lijsttrekker. Het maakt hem tot een vaste waarde in de Brusselse politiek, met een stevig netwerk, en geeft hem het nodige aanzien. Dat aanzien en respect wordt nog vergroot door zijn bloeiende thuispraktijk als geneesheer, en zijn positie als arts in het Sint-Elisabethziekenhuis te Ukkel.

Swartenbroeks en Bossaert zijn politiek twee handen op één buik, maar professioneel durft het al eens stevig botsen tussen de twee. Dokter Swartenbroeks treedt namelijk ook op als controlearts voor het personeel van Victoria. Waar Bossaert zijn zieke arbeiders snel weer aan het werk wil, is Swartenbroeks veel sociaalvoelender. Hij gunt de zieken het nodige herstelverlof. Het levert “de blauwen doktoor” van Koekelberg bij wijlen de spottende bijnaam “de roden doktoor” op.

Schepen en burgemeester

In Koekelberg wordt Armand Swartenbroeks in 1939 schepen van Onderwijs, een functie waarin hij de kaart trekt van het officieel onderwijs. De oprichting van het Athenée Royal de Koekelberg (ARK) aan de Sint-Agatha-Berchemselaan is een te onthouden mijlpaal.

Wanneer burgemeester Oscar Bossaert in januari 1956 geheel onverwachts overlijdt, zit de lokale Liberale Partij met een probleem. Maar schepen Swartenbroeks is met zijn netwerk, aanzien en politieke ervaring een ideale opvolger. Ook als burgemeester blijft hij bevoegd voor onderwijs, zijn stokpaardje.

Toch blijft de geest van Oscar Bossaert nog een hele poos boven Koekelberg hangen. Het lokale partijblad Liberté et progrès. Vrijheid en vooruitgang uit 1962 schrijft de realisaties van de bestuursploeg nog grotendeels op het conto van de vorige burgemeester, ook al is die intussen zes jaar overleden. Het doet vermoeden dat Swartenbroeks in de eerste plaats de liberale continuïteit in Koekelberg heeft verzekerd na het wegvallen van zijn vriend: ‘Ter gelegenheid van de laatste gemeenteraadsverkiezingen verbonden de liberale kandidaten zich door verscheidene beloften, de door burgemeester Bossaert ingeslagen weg te volgen. Tot grote verrassing van velen hebben diezelfde kandidaten, inmiddels tot gemeenteraadsleden verkozen, al de door hen gedane beloften gehouden.’2

Eigen politieke accenten leggen is in een kleine gemeente als Koekelberg niet evident. Maar Swartenbroeks slaagt erin om als burgemeester een heel eigen stijl te ontwikkelen. Dienstbaarheid is zijn belangrijkste drijfveer. Zijn sociaalliberalisme staat veel dichter bij de mensen dan de elitaire politiek van de familie Bossaert of veel andere Brusselse liberalen. Swartenbroeks is een volksliberaal. Zijn ervaringen als dokter, als militair aan het front, en als beoefenaar van de volkssport bij uitstek, voetbal, zijn hier zeker niet vreemd aan. Voor veel inwoners van Koekelberg blijft de burgemeester “hun” kapitein van de Rode Duivels die nu ook kapitein van hun gemeente is geworden, en daar houden ze van. Zijn populariteit levert hem in 1964 een absolute meerderheid op met 9 op 13 zetels.

Trendsetter

Armand Swartenbroeks lijkt achteraf gezien vooral belangrijk als een politieke trendsetter. Hij is een van de eersten - misschien wel de eerste? - die zich als bekende Belg of Vlaming in de politiek gooit, een voorbeeld dat daarna heel wat navolging kent. Maar anders dan veel hedendaagse BV’s is hij zeker geen politieke eendagsvlieg. Pas eind 1970 geeft hij de fakkel door. Alles bij elkaar genomen, staat hij meer dan een halve eeuw in de sportieve en politieke schijnwerpers. 

Ook na zijn afscheid blijft Koekelberg een blauw bastion met achtereenvolgens de burgemeesters Paul Bossaert (zoon van Oscar Bossaert), Jacques Pivin (vader) en Philippe Pivin (zoon). Pas na de gemeenteraadsverkiezingen van 2018 komt er een rood-groen bestuur.

Armand Swartenbroeks is intussen grotendeels vergeten. De Vlaamse auteur Marc Hendrickx haalt hem eventjes van onder het stof en schrijft in 2020 het tweetalige toneelstuk Armand dat vooral in de Brusselse theaterzalen een groot succes is. Hij vindt ook een verloren gewaande buste van Armand Swartenbroeks terug, in een kelder van het Edmond Machtensstadion in Sint-Jans-Molenbeek. De gemeentelijke basisschool die zijn naam draagt, is een van de weinige zaken die in Koekelberg nog fysiek aan Swartenbroeks herinneren.

Bronnen, noten en/of referenties

1. Pourquoi Pas? nr. 567 (12 juni 1925): 621.

2. Liberté et Progrès. Vrijheid en Vooruitgang (april 1962): 1.

Hendrickx Marc, Armand, het strafste Belgische sportverhaal ooit (Moody Blue Productions (MBP), 2020).

Gesprek met Marc Hendrickx door Kris De Beule, 2023.

Hoe verwijs je naar dit artikel?

Kris De Beule, "Armand Swartenbroeks. Van Rode Duivel tot blauwe burgemeester", Liberas Stories, laatst gewijzigd 13/03/2024.
copy url

Colofon

Liberas Stories is een realisatie van cultuurarchief Liberas. Het werd ontwikkeld door Josworld en Webdoos naar een concept van Ruben Mantels. Aan de hand van een ‘Atlas’ en een ‘Magazine’ vertelt Liberas Stories de geschiedenis van het liberalisme en worden de collecties van Liberas gepresenteerd. Deze website werd gelanceerd in juni 2021 en is sindsdien verder uitgebouwd.

De inhoud van dit portaal is bestemd voor Liberas’ erfgoedgemeenschap, maar ook voor studenten, onderzoekers en journalisten en voor iedereen die ons erfgoed wil ontdekken. Het is geen catalogus van onze collectie: die vind je op liberas.eu.

Liberas heeft geprobeerd alle rechthebbenden op beeldmateriaal te contacteren. Personen of organisaties die zich alsnog in hun rechten voelen geschaad nemen contact op met Liberas vzw, Kramersplein 23, 9000 Gent.

Alle teksten op deze website mogen hergebruikt worden mits het overnemen van de auteurs- en bronvermelding. Alle opmerkingen met betrekking tot Liberas Stories - vragen, aanvullingen, correcties, suggesties voor nieuwe bijdragen - zijn welkom op info@liberas.eu. 

Volg ons op