Onze website gebruikt cookies om je surfervaring te verbeteren. Om deze website optimaal te gebruiken vragen we je om akkoord te gaan met ons gebruik van cookies.

Ik ga akkoord liever niet.
Voorgesteld

Ons Huis: een blauw huis in Kortrijk

In de verzuilde maatschappij van eind negentiende, begin twintigste eeuw ontstaan verenigingshuizen waar het culturele, het sociale en het politieke leven zich ontplooit. Katholieken ontmoeten elkaar in parochiezalen en in verenigingshuizen van de verschillende standen (burgers, middenstanders, arbeiders en boeren). Socialisten komen samen in de volkshuizen. Vlaamsgezinden openen ‘Vlaamse huizen’. Liberale organisaties vinden meestal een vaste stek bij herbergiers of middenstanders. Toch vinden in heel wat steden en gemeenten de liberale organisaties ook een vaste zetel in een zogenaamd ‘liberaal huis’.

Peter Laroy
27 mei 2021

Over alle ideologieën heen staan een of meer grote geldschieters in voor de bouw van het verenigingslokaal. Dit kunnen bestaande organisaties zijn (vakbonden, mutualiteiten, parochie, coöperatieven,…) maar ook gefortuneerde privépersonen die de ideologie genegen zijn. In het geval van de ‘blauwe’ huizen betreft het meestal die laatste categorie, met name mecenassen die diep in de geldbeugel tasten of een bestaand gebouw schenken voor verbouwing.

Deze zuilgebonden huizen zijn ontmoetingsplaatsen met café, vergaderzalen, kantoren voor vakbond en/of mutualiteit, onderdak voor voedingscoöperatieve of winkel, toneelzaal en soms al eens een cinemazaal. Bij nieuwbouw gaat er veel aandacht naar de buitenafwerking om als het ware een ‘statement’ in de openbare ruimte te plaatsen. Hetzelfde geldt voor de afwerking van de interieurs. Bezoekers krijgen een gevoel van welbehagen en gezelligheid en een ‘thuiskomen’ bij gelijkgestemden. Zowel binnen als buiten getuigen de huizen van de sterkte van de groep en is het duidelijk de bedoeling om in alle onbescheidenheid indruk te maken.

Het welkomstportaal "Arbeid adelt" en cinema "Ons Huis".

Een uitstekend voorbeeld van een liberaal huis vormt het lokaal ‘Ons Huis’ in Kortrijk. Het gebouw wordt in de zomer van 1912 officieel geopend. In de lente van het jaar voordien was de vennootschap Ons Huis opgericht door vermogende Kortrijkse liberalen: Ernest Masquelier (grondeigenaar), Valère Verougstraete (nijveraar), Georges Wante (handelaar), Alfred Centner (nijveraar), Georges Devos (nijveraar), Camiel Masure (bediende), Hector Rousseau (meesterknecht) en Charles Van Eecke (ingenieur). Het betreft kapitaalkrachtige burgers, actief in tal van liberale en vrijdenkende organisaties en meestal politiek actief.

Er is een duidelijke verwevenheid van de vennootschap met de Kortrijkse liberale coöperatieve bakkerij De Toekomst. Die was in het voorjaar van 1908 opgericht door personen afkomstig uit de liberale middenstand (een schilder, een brouwer, een bediende, een behanger, een ingenieur, een dagbladverkoper), maar ook de liberale machinebouwer en voorzitter van de Kortrijkse Liberale Volksbond, Charles Van Eecke, maakte er deel van uit. Niet geheel onbelangrijk bij De Toekomst was ook de aanwezigheid van bankier Paul Verschoore (de latere schoonzoon van de Gentse liberale volksvertegenwoordiger Arthur Buysse). Met de bakkerij hoopten de liberalen uiteraard een deel van het arbeiderspubliek voor zich te kunnen winnen.

Feestzaal Ons Huis (Kortrijk).

Met een sterke financiële basis en met de nodige zin voor ondernemerschap stampen de Kortrijkse liberalen aan de Lange Brugstraat, op gronden in eigendom van textielindustrieel Masquelier, op korte termijn een indrukwekkend bouwwerk uit de grond. Naast een stijlvol café (‘koffijhuis’) bevat het gebouw ook een feest- en toneelzaal. Er zijn werkplaatsen en magazijnen voor de bakkerij, een kleine drukkerij, een apotheek-drogisterij en een bibliotheek. De tegenstrevers haasten zich onmiddellijk om in commentaren in de pers te wijzen op het weinig volkse karakter, op de concurrentie van de coöperatieve met de middenstanders, op de invloed van de vrijmetselaars, enz.

Net als Ons Huis goed uit de startblokken is, breekt de Eerste Wereldoorlog uit. De Duitsers nemen het indrukwekkende pand meteen in bezit. De bezetter brengt er soldaten in onder en organiseert er bijeenkomsten. De schade blijft tijdens deze oorlogshandelingen beperkt. Met het interbellum breekt ook een bloeiperiode aan voor het Kortrijkse liberale huis. Meteen na de oorlog biedt Ons Huis onderdak aan een waaier van liberale organisaties: de Liberale Volksbond, Bakkerij De Toekomst, de Philharmonie, boldersclub Jonge Leeuwen, de toneel- en kunstmaatschappijen Kruisbroeders, ’t Meibloempje en Hoe de Kunst Komt, de spaarmaatschappij Help U Zelve, Football Club Courtraisien, de Jonge Wacht, de Reisbond, de turnclub La Courtraisienne. De syndicale werking en de mutualiteit Broederlijke Weldadigheid vinden er eveneens een stek, net als het Willemsfonds en de liberale vrouwenorganisaties. De bezielende figuren in deze periode zijn onder anderen enkele liberale Kortrijkse industriëlen (Geo F. Devos en Jozef De Coene), de Kortrijkse liberale politicus Robert Gillon en de plaatselijke vakbondsman Michel Teirlinck. Bij belangrijke liberale bijeenkomsten (waarop dankzij de ruime infrastructuur gemakkelijk ruim 1500 personen aanwezig kunnen zijn) vinden de nationale liberale politici (van Albert Devèze tot Arthur Vanderpoorten) de weg naar Ons Huis en houden er redevoeringen

Binnenzicht in "Ons Huis", lokaal van het Liberaal Verbond en Ziekenfonds de Broederlijke Weldadigheid.

In Ons Huis vinden alle stromingen (progressief of conservatief, Franstalig en Vlaams, fabrieksbaas en werkman,…) binnen het liberale spectrum elkaar, wat in andere steden niet altijd voor de hand ligt. Het gebouw is zeker een katalysator voor het succes van de liberale werking. De bakkerij De Toekomst kent gouden tijden in het interbellum en opent bijhuizen in Heule, Harelbeke en Stasegem. Eind jaren twintig groeit ook de liberale vakbond er als kool. Halfweg de jaren dertig zijn er zelfs meer dan 4000 aangesloten leden. Een van de hoogdagen in de werking van Ons Huis is de jaarlijkse 1 meiviering. Aan de vraag naar cultuur en ontspanning komt Ons Huis meer dan tegemoet. Er wordt een kaartje gelegd, gebiljart, vogelpik gespeeld en er is plaats voor diverse varianten van de bolsport (‘zottebolle’,’trabol’,…). Dansorkesten komen bals opluisteren en toneelverenigingen brengen er ernstige en luimige stukken.

Zicht op de deelnemers in de zaal van "Ons Huis", lokaal van het Liberaal Verbond en Ziekenfonds de Broederlijke Weldadigheid.

De cinemazaal groeit uit tot de grote trekpleister. Zeker na de uitbreidings- en verfraaiingswerken door de liberaalgezinde meubelfabrikant De Coene halfweg de jaren dertig, kunnen er ruim 500 personen comfortabel plaatsnemen. Dankzij die bioscoop bezoekt ongetwijfeld ook een niet-liberaal publiek Ons Huis. In augustus 1934 organiseert een oud-strijdersbond er bijvoorbeeld een opmerkelijke liefdadigheidsvoorstelling van de Engelse film I was a Spy (1933), gebaseerd op de spionageactiviteiten van de West-Vlaamse Marthe Cnockaert tijdens de Eerste Wereldoorlog. Een andere opmerkelijk activiteit die niet meteen veel met de liberale werking te maken heeft, is de organisatie van een autosalon. Ondanks al deze gonzende activiteit valt het op dat het Kortrijkse ‘Ons Huis’ niet terug te vinden is in een lijst van liberale huizen die in 1928 werd gepubliceerd (in het zogenaamde Jaarboek van de Liberale Partij). Is het een vergetelheid of was de werking te breed?

Tijdens de Tweede Wereldoorlog ziet de Duitse bezetter Ons Huis als een plaats voor ontspanning. De bioscoop draait op volle toeren, zij het vooral voor de Duitse soldaten. De Wehrmacht draait er bijna wekelijks wel een film. Door geallieerde bombardementen lopen de gebouwen heel wat schade op in juli 1944. Na de bevrijding vindt eerst een voorzichtige wederopbouw plaats en in de jaren vijftig volgt een grondige restauratie.

Een nieuwe generatie liberalen krijgt er het heft in handen, zoals politicus Valère Tahon, mutualist Geo Vande Ghinste, syndicalist Albert Mollet en beheerder André Beheyt. Vooral de syndicale werking maakt gebruik van Ons Huis. De naoorlogse 1 meivieringen lokken opnieuw veel volk en doen terugdenken aan het succes van de jaren dertig. Toneel- en variétévoorstellingen of liefdadigheidsavonden voor niet-liberale organisaties (bijvoorbeeld Het Rode Kruis) staan al eens meer op het programma. Toch komt het succes van het interbellum niet terug, mede door het begin van de ontzuiling.

De coöperatieve bakkerij blijft ook na de oorlog actief maar krijgt het vanaf eind jaren vijftig steeds moeilijker. De bioscoop houdt het uit tot in de jaren zeventig maar weerstaat de aantrekkingskracht van de televisie niet. Een nieuwe naam (Ciné Retro) en een aangepaste werking in 1976 geeft slechts enkele jaren respijt. Parallel aan de andere afbrokkelende zuilen, vermindert het liberale leven in Ons Huis. Het vindt een nieuwe stek in café Liberty in de Groeningelaan, dat begin jaren negentig verbouwd wordt tot Liberaal Huis. In 1987 vindt de vereffening plaats van de vennootschappen De Toekomst en Ons Huis. In de daaropvolgende jaren maken de gebouwen plaats voor een woonblok. Met de sloop verdwijnen veel herinneringen aan het liberale leven in Kortrijk.

De 1 meiviering van 1932 in Ons Huis

Zaterdag 30 april

Schitterende versiering en verlichting van het lokaal.

Om 7 uur ’s avonds, ten lokale ‘Ons Huis’ Groote Prijskampen voor Trabol, Zottebol en Biljart, voor al de leden van het Liberaal Vooruitstrevend Verbond.

Radio Pick-Up-Concert in ’t Café.

 

Zondag 1 mei

Om 3 uur: Ballonfeest voor de kinders

Om 3 uur: Groote Prijskamp voor het kaarten en den Teerlingbak, voor al de leden van het Liberaal Vooruitstrevend Verbond.

Om 6 uur: Symfonisch orkest in ’t Café

Te 7 uur: Prachtig Bal met Jazz-band orkest in de kleine Feestzaal (versiering der zaal).

 

(De Liberale Syndicalist, 9, nr. 103, april 1932).

Bronnen, noten en/of referenties

Sébastien Baudart, ‘Archieven van Liberale Huizen’, in: Contemporanea, XLI, nr. 1 (2019).

Rik Stallaerts en Luc Schokkaert, Onder dak. Een eeuw volks- en gildehuizen (Gent: Provinciebestuur Oost-Vlaanderen - Bijdragen Museum van de Vlaamse Sociale Strijd nr. 5, 1987).

Stéphane Van Laere, Het Blauwe Verhaal: de geschiedenis van de liberale beweging op politiek, sociaal en cultureel vlak van het arrondissement Kortrijk sinds 1830 (Kortrijk: Liberaal Fonds André Kempinaire, 2017).

Hoe verwijs je naar dit artikel?

Peter Laroy, "Ons Huis: een blauw huis in Kortrijk ", Liberas Stories, laatst gewijzigd 13/03/2024.
copy url

Colofon

Liberas Stories is een realisatie van cultuurarchief Liberas. Het werd ontwikkeld door Josworld en Webdoos naar een concept van Ruben Mantels. Aan de hand van een ‘Atlas’ en een ‘Magazine’ vertelt Liberas Stories de geschiedenis van het liberalisme en worden de collecties van Liberas gepresenteerd. Deze website werd gelanceerd in juni 2021 en is sindsdien verder uitgebouwd.

De inhoud van dit portaal is bestemd voor Liberas’ erfgoedgemeenschap, maar ook voor studenten, onderzoekers en journalisten en voor iedereen die ons erfgoed wil ontdekken. Het is geen catalogus van onze collectie: die vind je op liberas.eu.

Liberas heeft geprobeerd alle rechthebbenden op beeldmateriaal te contacteren. Personen of organisaties die zich alsnog in hun rechten voelen geschaad nemen contact op met Liberas vzw, Kramersplein 23, 9000 Gent.

Alle teksten op deze website mogen hergebruikt worden mits het overnemen van de auteurs- en bronvermelding. Alle opmerkingen met betrekking tot Liberas Stories - vragen, aanvullingen, correcties, suggesties voor nieuwe bijdragen - zijn welkom op info@liberas.eu. 

Volg ons op